Van Gamboa naar Valle de Anton

29 september 2022 - Gamboa, Panama

zaterdag 24 september

We zijn naar Gamboa gereisd omdat dit kleine dorpje zich bevindt in een groot natuurgebied. In dit natuurgebied (Soberania National Park) is de Pipeline road gelegen, deze weg is tijdens de Tweede Wereldoorlog aangelegd. De weg ligt naast een oliepijpleiding en is 24 km lang. Het idee was dat wanneer er geen olie meer vervoerd kon worden over het Panama Kanaal, de pijplijn gebruikt kon worden. Gelukkig is dit nooit nodig geweest. Wat rest is de inmiddels 17 km lange Pipeline Road (de rest is inmiddels overwoekerd door het oerwoud). Het Nationale Park Soberania is dé plek om vogels te spotten en er staan diverse records op de deze locatie. Bijvoorbeeld dat er op één dag meer dan 300 soorten zijn waargenomen. Nou je begrijpt het al: dit is een plek waar wij naar toe moeten.

Vogels kijken doe je bij voorkeur heel vroeg in de ochtend, het liefst bij zonsopkomst. Wij zijn dus vroeg wakker en drinken een kop koffie/thee in de tuin met een broodje. Het is al een drukte van jewelste in de tuin, dat voorspelt veel goeds voor straks. Gewapend met lange broek, lange mouwen, water en de nodige deet, rijden we naar de Gamboa rainforest reserve. Het is net zeven uur geweest en behalve de rangers is er nog niemand. We betalen de entree en wandelen het park in. Al snel horen we in de verte brulapen en zien we op het pad een neusbeertje snuffelen. Dit ziet eruit als een goed begin. We wandelen rustig verder, we horen de nodige vogels, maar zien er niet een. Al wandelend zien we af en toe een Morpho voorbij fladderen. Een Morpho is een grote blauwe vlinder, werkelijk een prachtig mooie vlinder maar niet te fotograferen. We hebben namelijk inmiddels geleerd dat wanneer ze wel even ergens gaan zitten, ze hun vleugels dichtklappen en je raadt het al: die zijn niet zo mooi.

Het reservaat heeft een uitkijktoren en dat is altijd een goede gelegenheid om vogels hoog in de bomen te spotten. We klauteren de toren op. De zon schijnt volop en het is al warm. We staan bijna een uur boven op de toren, we horen vogels en brulapen, maar helaas zien we ze nauwelijks. We gaan weer omlaag en wandelen verder richting een meer. Dan merken we dat de muggen defensie van Angelique faalt en ze massaal wordt aangevallen. Dat is niet fijn en maakt dat we sneller gaan lopen dan we eigenlijk zouden willen (want te snel lopen betekent veel niet zien). We besluiten om nog even te kijken bij het bezoekersplatform, want hier hangen feeders voor kolibries. Het is echt een fantastisch gezicht hoe die kleine, prachtige vogeltjes af en aan vliegen en blijven zweven om zich te voeden met het suikerwater. Er zitten hier meerdere soorten kolibries, maar op het moment dat wij er waren, waren er drie soorten te zien. Hier zitten we een tijdje te genieten en maken we foto's en filmpjes waarna we weer terug lopen naar de in/uitgang. Onderweg zien een wel heel bijzondere creatie vliegen. In eerste instantie denken we dat het twee parende blauwe libelles zijn, maar bij nader inzien is dat het niet. Het vliegt/zweeft op een heel bijzondere manier en heeft een prachtige blauwe kleur, maar het lukt helaas niet om een foto te maken.Het doet een beetje denken aan de wonderlijke creaties die voorkomen op de grote dieptes in de oceaan.

KolibrieLieke fotografeert de kolibries

Uitzicht vanaf de uitkijktorenWachten, kijken en turen op de uitkijktoren

We rijden weer terug naar het appartement en genieten in de tuin van alle prachtige planten en dieren. Je komt soms oren en ogen tekort. We horen op eens een enorme harde plof, er is iets uit de boom gevallen. We zien een grote leguaan in een tak hangen, blijkbaar is zijn maatje/vrouwtje/mannetje uit de boom gevallen?! Niet heel veel later laat deze grote jongen zich ook uit de boom vallen. We kijken elkaar verbaast aan. Op enig moment zien we kleine aapjes aankomen, ze gaan van boom naar boom om door onze boven buurvrouw vanaf het balkon te worden gevoerd met bananen. Wat ontzettend schattig zijn deze aapjes zeg! Nadat ze hun dagelijkse hapje banaan binnen hebben gehaald, gaan ze er weer snel vandoor.

Leguaan die de boom in klimtEen roodnek tamarin aapje in de tuin 

zondag 25 september 

We verlaten Gamboa en rijden naar Valle de Anton. Dit betekent dat we eerst weer een stuk richting Panama Stad moeten rijden en daarna richting het westen kunnen rijden. Panama heeft namelijk maar één snelweg, nou ja het heet een snelweg, maar eigenlijk kun je niet echt harder dan 90 á 100 km/h rijden vanwege de slechte staat van de weg. Op enig moment verlaten we de snelweg en komen we in een prachtig heuvelachtig landschap terecht. De wegen kronkelen door de heuvels en we passeren geregeld een klein dorpje. Na goed een uur rijden komen we aan in Valle de Anton ook wel "le Valle" genoemd. Dit dorpje is gelegen in een enorme krater (zo'n 6 km breed) van een oude vulkaan. We slapen in de Golden Frog dat prachtig is gelegen op een berghelling en uitkijkt op de bergen (de oude kraterwanden). Het is er heerlijk groen en wanneer we gesetteld zijn zien we direct een luiaard die aan de "wandel" is over de elektriciteitsdraden. Daarnaast horen en zien we diverse vogels waaronder de prachtige aracari.

Een blue gray tanager snoept van de bananenLuiaard aan de "wandel" in de elektriciteitsdraden

Einde van de middag maken we met de auto nog even een rondje door het dorp. De hele ochtend en begin van de middag is het stralend mooi weer geweest, maar nu regent het behoorlijk. Het dorp is niet groot, maar alle basis voorzieningen zijn er wel. Wat ook opvalt zijn de zeer slechte wegen, overal zitten enorme gaten in de weg. Dit maakt dat je alle auto's (waaronder wij ook) slalommend  over de wegen ziet rijden om alle gaten zo veel als mogelijk te ontwijken. We zeiden al tegen elkaar: als je hier zonder te slingeren rechtdoor rijdt denken de mensen dat je dronken bent.

maandag 26 september

We ontwaken weer vroeg in de ochtend en genieten van de de vele vogels rondom het hotel. De luiaard hangt in de boom naast ons hotel en is nog diep in slaap. Na het ontbijt vertrekken we voor een hike naar de la India Dormida (oftewel de slapende indiaanse). Deze berg heet zo omdat de berg lijkt op een slapende vrouw. De wandeling begint in het dorp en klimt al snel behoorlijk omhoog in het oerwoud. Het pad is bezaaid met rotsen en stenen, dit maakt de klim behoorlijk pittig en soms best lastig, zeker met de warmte en hoge luchtvochtigheid. De wandeling is wel prachtig, onderweg passeren we rotstekeningen van de Inca's en enorme watervallen. Na ruim 1,5 uur klimmen komen we eindelijk boven op de berg aan. Het landschap verandert ook, op de rand van de krater is het kaal en is er alleen rots en gras. Het uitzicht vanaf de kraterwand is echt fantastisch, want je kijkt de hele vallei in! Na de nodige foto's zetten we de afdeling weer in, beter en minder zwaar dan omhoog, maar door de gladheid op sommige punten toch best lastig. Weer beneden aangekomen gaan we snel terug naar het hotel om even een verfrissende douche te pakken. Daarna hebben we wel een cappuccino verdiend.

Het is zooooo warm, je zou bijna onder de waterval gaan staanHoge waterval Liek en JJ wijzen de diepte inEen Bay headed tanagerUitzicht vanaf kraterwand en uitzicht op El ValleUitzicht vanaf kraterwand

Foto’s